(uit Wikipedia, de vrije encyclopedie) De allereerste M3 is gebaseerd op de E30 3-serie van 1986. De eerste generatie had een 2.3L BMW S14 motor met 200 pk. De belangrijkste reden voor de productie van de M3 was om de concurrentie aan te gaan met de Mercedes-Benz W201. Een merkwaardig kenmerk van de M3 E30 is zijn race achtergrond, niet alleen met BMW zelf, maar ook met racing teams zoals Prodive en Schnitzer Motosport. Later kwamen er "Evolution" modellen die een vermogen hadden van 215 pk. Nog later werden er "Sport Evolution" modellen uitgebracht die 238 pk leverden met een 2.5L motor. Ook werden er 786 M3 cabrio's met de hand gemaakt en dit op verzoek van klanten. Hiermee was het de snelste vierpersoons cabriolet. De wagen was echter niet ontworpen om mee te racen.
In tegenstelling tot de toen bestaande M5 en de opvolgende M3's, had de E30 M3 een vier-in-lijncilinder. In het prototype werd geƫxperimenteerd met een 3,5-liter 24-kleps 6-in-lijnmotor uit de M5 E28. Deze zorgde door zijn massa echter voor een benadeeld weggedrag. BMW vond dat het makkelijker was om een krachtige vier-cilinder te construeren, dan een lichtere 6-cilinder. Uiteindelijk kwam men tot een E28 M5 motor, die gereduceerd werd tot een vier-cilinder en daardoor een inhoud had van 2302cc had. Dit zorgde in het klassiek model met 200 pk en 240 Nm koppel, voor een topsnelheid van 235km/u en 6,9 seconden om van 0 de 100km/u te bereiken.
De M3 E30 was zeer verschillend van de gewone 3-serie. Op de motorkap na was de hele carrosserie anders. Hij had een meer aerodynamische vormgeving en bredere banden en wielen.
De productie van de M3 E30 eindigde in 1991.
Technische gegevens. Carrosserie : lengte/breedte/hoogte/wielbasis (cm) : 435/168/137/257; gewicht : 1250 kilos.
Motor : 4-cilinders 2303 cc, voorin, 4 kleppen (4 bij cilinder), Bosch injectie, manuele versnellingsbak met vijf trappen, overbrenging aan de achterwielen. Vermogen : 200 pk bij 6750 t/m. Topsnelheid : 238 km/h; 0-100 km/h : 7,8 sec.