De BMW K 1 werd in 1988 gepresenteerd. Dat de machine "een opvallende verschijning" was is een understatement. De motorfiets was helemaal ingepakt in een stroomlijnkuip en zelfs het voorwiel was grotendeels ingesloten door een enorm spatbord. Daarmee had de motor een Cw-waarde van 0,34 (bij liggende bestuurder). Met dat ontwerp week BMW af van alles wat tot dan toe gebruikelijk was in de motorfietswereld. De motor was in twee kleurencombinaties te bestellen, blauw en rood. In beide gevallen werden velgen, transmissiehuis, opdruk en andere details in felgeel uitgevoerd. Later werd een wat bescheidener grafietgrijze kleur toegevoegd aan het assortiment. De K 1 leverde meer motorvermogen, dankzij de 16-klepscilinderkop. De achterwielophanging was verbeterd, er werd paralever toegepast, een systeem dat op de R100GS in 1987 was geïntroduceerd. Met de komst van de K 1 introduceerde BMW ook het eerste motorfiets-ABS, dat vanaf dat moment ook voor de andere viercilindermodellen leverbaar was. De K 1 had enkele constructiekenmerken die terug te voeren waren naar het Futuro studiemodel uit 1981. Ook dat was een volledig gestroomlijnde machine met een basisvorm van paralever. Net als de Futuro had de K1 geïntegreerde koffers, maar dit waren eigenlijk zeer kleine opbergruimten.
Overname van een sportieve of open oldtimer is bespreekbaar.