De Alvis TC 21 is een luxueuze wagen die in heel beperkte oplage werd geproduceerd door het door ingenieurs gerunde Britse Alvis Cars, dat later ontbonden werd en samenvloeide met Rover. Van 1953 tot 1955 was het de semi-continue opvolger voor de Alvis TA 21 die bij een select publiek al naam en faam had verworven. De fabrikant, ook wel artiest te noemen, beschrijft zichzelf als de maker van recurrentenwagens: eens een Alvis, altijd een Alvis. Klantenbinding en loyaliteit stonden centraal, boven op de vakkunde waarmee zij hun wagens vervaardigden.
Alvis maakte naar eigen zeggen niet zomaar wagens, zij maakten wagens voor mensen die in stijl van A naar B gingen. Die stijl ontdubbelt men er in het vermogen en het ontwerp van deze ‘Grey Lady’. Met een zescilinder-lijnmotor van 3,0 liter die ongeveer 100 pk levert in de jaren ’50 ligt het er vingerdik op dat vermogen was ingelijfd. Op Vlaamse naoorlogse wegen, met name de snelweg van Oostende naar Gent, werd de wagen getest en goedgekeurd. Van 0 naar 100 in 15,4 seconden, ook bij Alvis viel men achterover.
De TC 21 was in tweevoud beschikbaar. Enerzijds was er een vierdeurs saloon, sedan van het eerste uur, anderzijds was er een tweedeurs coupé die eveneens plaats bood aan vier passagiers. Respectievelijk werden de chassis ontworpen op eigen Britse bodem door Mulliners en Tickford. De Tickford heeft een soft-top die volledig of gedeeltelijk kan opengeschoven worden en biedt volgens Alvis dezelfde warmte-isolatie als de Mulliners-variant. De bekleding van de beide uitvoeringen is bescheiden maar met oog voor detail. De zetels zijn afgewerkt in fijn leder en het dashboard is telkens in hout vervaardigd, klassiek.
Het gros van de TC 21 zijn Mulliners, ongeveer het achtvoud van het aantal Tickford-varianten. Desondanks zijn beide uitvoeringen erg in trek en het productieaantal strandt in 1955 op 757 exemplaren. Elke TC 21 is een wagen met een verhaal en trotse eigenaar. Op het internet wordt uitvoerig informatie uitgewisseld en is er een ware liefhebberscommunity rond ontstaan.
Alvis TC 21/100
Begin de jaren ’50 staken verschillende autobouwers elkaar de kroon af om als eerste een wagen met een topsnelheid van 100 mph (161 kilometer per uur) te bereiken. Ondanks het feit dat dit eerder een ‘wapenwedloop’ was tussen sportwagenfabrikanten, nam Alvis graag deel, met succes. De TC 21/100 behaalt in 1954 een topsnelheid van 100,1 mph en daarop wordt ook zijn naam gebaseerd, als toegeëigende trofee. Toeval wil dat de motor ook 100 pk produceert.
Van de TC 21/100 Tickford zijn ongeveer honderd exemplaren geproduceerd van 1954 tot en met 1955. De meerderheid ervan was rechts gestuurd, ook een handvol links gestuurde modellen werden gemaakt op verzoek. De wagen is populair op ontvankelijke fora voor mede-eigenaars die op hun stokpaardje discussiëren. Zeldzame wagens met stuk voor stuk een mooi verhaal!
Technische gegevens:
Carrosserie
Mechaniek