De eerste 3-serie (E21) rolde in 1975 van de band. De wagen leek erg op de toen al bestaande 5-serie, maar was wel wat kleiner. Er bestonden toen de 316, 318, 320 en 320i. Allemaal hadden ze een benzinemotor. Tegen 1977 kwam de 323i erbij en werd de viercilinder 320i vervangen door de 320/6. Zowel de 320/6 als de 323i waren zescilindermotoren. In 1980 kwam er nog de spaarversie bij, de 315.
De E21 was leverbaar als tweedeurs en als Baur TC (van Baur), een soort van cabriolet met een uitneembaar dakpaneel. Hiervan zijn er 4595 exemplaren geproduceerd. In 1982 kwam de tweede generatie, de E30. Deze wagen was direct leverbaar als 2-deurs, 4-deurs en Baur TC. In eerste instantie bestond de lijn uit de 316, 318i, 320i, en 323i. Later werd de 323i vervangen door de 325i. In 1986 was het het jaar van de vernieuwingen. Er kwam een vierwielaangedreven variant (325iX), een sportversie met 2.3 liter 16V S14 motor(M3), waarvan ook een 1990cc versie werd gebouwd voor de Italiaanse en Portugese markt (320is) en een schitterende volcabriolet. In 1988 kwam de facelift en tegelijkertijd de Touring, een stationcar. In 1991 liepen de laatste sedans van de band, en in 1994 werd de laatste Touring gemaakt. Al een jaar eerder was de cabriolet vervangen. In 1990 rolde de derde generatie (E36) van de band. Hierbij was de coupé-versie niet langer gewoon een 2-deursversie van het origineel.
Baur was een carrosseriefabriek in Stuttgart. De fabriek heeft bestaan van 1910 tot 1999 en was vooral bekend om haar vooruitstrevende technieken, zoals werken met kunststof. Voor de tweede wereldoorlog produceerde Baur vooral voor de luxe merken, waaronder Mercedes, Maybach en Horch, Na de oorlog was er geen geld voor compleet nieuwe auto's en door oude auto's te voorzien van een nieuwe carrosserie, konden deze weer een hele tijd mee. Zo heeft Baur veel vooroorlogse DKW's van een nieuw uiterlijk voorzien. Ook produceerde het bedrijf in kleine aantallen voor merken zoals Veritas en BMW. Zo begon de lange samenwerking van Baur met BMW. Midden jaren zeventig kwam de opvolger van de Neue Klasse, de BMW E21. Na twee jaar werd deze weer geleverd als Baur-cabriolet. Deze wagens werden als normale tweedeurs-modellen bij Baur afgeleverd, alwaar men het dak eraf sleep en de Targa-beugel bevestigde. Deze ombouw stond bij de opties genoemd, na het schuifdak. Eind jaren zeventig, begin jaren tachtig bouwde Baur ook de fantastische BMW M1 raceauto. Naast carrosserieën en volledige afbouw produceerde Baur ook onderdelen voor Audi. De korte Sport Quattro's werden volledig door Baur in elkaar gezet. In 1982 verscheen de nieuwe BMW 3-serie, de BMW E30. Deze was direct ook leverbaar als Baur. Aan de type-aanduiding werden de letters TC toegevoegd. Toen in 1986 de volledig open cabriolet van BMW op de markt kwam, overigens wel door Baur ontwikkeld, ging men gewoon door met de Baur TC's. Voor diezelfde E30-serie maakte men carrosseriedelen en wel voor de M3. De typerende verbrede spatborden werden door Baur geproduceerd.
Baur werd in 1999 overgenomen door IVM Automotive. Daar produceert men nu prototypes en auto's in opdracht. Daarbij moet men denken aan bijvoorbeeld limousines voor taxi-bedrijven. De fabrieken aan de Poststrasse 40-62 zijn begin 2004 gesloopt.