De Lotus Europa werd gebouwd van 1966 tot 1975.
De Lotus Europa werd ontworpen in 1964 en door de algemeen directeur van Lotus Cars Colin Chapman destijds speciaal gepromoot ter vervanging van de op dat moment aanzienlijk teruggelopen vraag naar de Lotus 7. Het zoeken naar een vervanger voor dit type leidde ten slotte tot de creatie van een van de laagste modellen die ooit op de markt werden uitgebracht.
Chapmans idee ging uit naar een sportieve lichtgewicht coupé die met een eenvoudige viercilindermotor was uitgerust. Revolutionair voor die tijd was de in het midden van de wagen geplaatste motor; hierdoor moesten de stoelen, het stuur en de pedalen in de auto wel op maat van de bestuurder verstelbaar worden gemaakt.
Het model werd in 1966 in Europa uitgebracht; bij Lotus begreep men goed dat de verkopen zoals van de Elan in Europa en de VS niet gehaald zouden worden en daarom gokte men eerst alleen op de Europese markt. De eerste versie - de S1 waarvan 650 stuks gemaakt – was zeer solide gebouwd en stuurde enorm goed.
De tweede versie - de S2 waarvan 3650 stuks gemaakt - was al meer een compromisauto; er was meer zorg besteed aan het comfort wat de stuureigenschappen nadelig beïnvloedde. Ook was de carrosserie met bouten op het chassis vastgezet in plaats van gelijmd; dit om de reparatiekosten bij vervanging van carrosseriedelen te drukken. Hierbij ging onder meer de gestroomlijnde kunststof onderkant verloren. Het interieur werd voorzien van verstelbare kuipstoelen en elektrisch bediende ramen. Ook het dashboard werd aangepast en het resultaat was een luxueuzere stillere wagen die aanzienlijk minder goed bestuurbaar was dan de S1.
De laatste Europa was een gemodificeerd type 74 Special – waarvan 3130 stuks werden gemaakt - voorzien van een V8 en 5 versnellings-ZF-bak. Deze auto is opgenomen in een verzamelaarscollectie.
Na een totaal productieaantal van 9000 stuks werd de fabricage van de Lotus Europa in 1974 ten slotte gestaakt.